
Interview Christien van Westering, een leven tussen Kalenberg en Amsterdam
In Kalenberg, op een rustige plek aan het einde van het dorp, bevindt zich Noord 1. Wanneer ik arriveer word ik begroet door een stel vrolijke hondjes. “Wacht even,” hoor ik Christien roepen. “Er zit een geheim slot op de poort”. Ze haalt de hondenriem die er omheen zit weg. Vroeger liepen de honden los rond, maar dat mag niet van SBB en in de zomer zijn er te veel fietsers op het pad.
Christien gaat meteen naar de keuken om koffie te zetten. Ondertussen neem ik de tijd om haar tuin te bewonderen. Het is een bonte verzameling bloemen in allerlei kleuren, een ware oase. Al snel hoor ik het gezoem van een robotmaaier. “Ja, die is wel handig met zoveel gras” zegt Christien glimlachend als ze terugkomt. “Maar ik ga het anders doen. Ik moet het anders doen.” Op mijn vraag wat ze daarmee bedoelt, legt ze uit dat ze de tuin langzaam wil omvormen naar een meer inheemse plantenverzameling. Een flinke klus..maar kalm aan.
Christien werd in 1949 geboren in Amsterdam. Haar vader, patholoog-anatoom, kwam oorspronkelijk uit Groningen en werd slechts 64 jaar oud. Haar moeder, geboren in Frankrijk, bereikte de respectabele leeftijd van 94 jaar. Ze herinnert zich haar moeder als iemand die veel thuis was aangezien haar vader vaak werkte.
Via haar familiegeschiedenis ontdekte Christien dat haar overgrootvader banketbakker was in Harlingen. Op internet vond ze reclame voor de Engelse clientèle; Before you go home, go to van der Weide’s bakery shop! Er was een regelmatige veerdienst naar het VK. Harlingen was de belangrijkste haven van het Noorden.
De andere overgrootvader was zadelmaker in Tiel. Daar kon zij op internet niks leuks over vinden.
Ze groeide op in Amsterdam, Sarphatipark. Tot 2014 woonde ze in de stad. Op 18-jarige leeftijd verliet ze het ouderlijk huis en ging op kamers wonen. Ze volgde de opleiding fysiotherapie en kon haar beroep uitoefenen tot haar 61e. Toen kwamen de fysieke beperkingen en was ze genoodzaakt te stoppen. Omdat vrouwelijke fysiotherapeuten boven de 60 zich niet voor arbeidsongeschiktheid konden verzekeren had ze lang gespaard om die periode tot haar pensioen te overbruggen.
Op mijn vraag of ze in haar jeugd iets ondeugend heeft gedaan lacht ze en zegt dat ze een heel braaf meisje was. Haar ouders hielden streng toezicht. Ze herinnert zich een keer gespijbeld te hebben. Dat kwam uit en als straf mocht ze 2 maanden niet naar buiten, behalve om naar school te gaan. Na die ervaring hield ze zich koest en besloot op haar 18e uit huis te gaan. Ze was verbaasd dat haar moeder toestemde en zelfs meeging om pannen en servies te kopen. Was ze misschien blij dat ik wegging vroeg Christien zich af?
Ze ging naar feestjes en cafés, iets wat iedereen deed en wat ze leuk “moest” vinden, maar in werkelijkheid vond ze er niet veel aan. Wel was ze blij dat ze eindelijk verlost was van de bemoeizucht van haar ouders. Feesten is nooit echt haar ding geweest. Op de middelbare school had ze veel vrienden en ging vaak uit logeren. Sommige van deze vrienden ziet ze nog steeds.
Christien is nooit getrouwd geweest en voelt zich prettig alleen. Ze woonde vanwege de woningnood tot haar 30e op kamers, daarna in een klein winkeltje op de Prinsengracht en uiteindelijk kocht ze met vrienden een pakhuis op de Binnenkant. Geen gas, geen licht en een no-go area vanwege de vele verslaafden. De Zeedijk was om de hoek. Dat werden jaren van sparen en verbouwen.
Hoe kwam ze in Kalenberg terecht? Ze had vrienden in Paasloo en kwam daar regelmatig. Ze had geen auto, ze zocht een huisje in deze omgeving en werd rondgereden op haar zoektocht. Fundalijstje in de hand. Opeens ging de tocht naar de loswal in Kalenberg. Kijk, zei de Paasloose vriend, daar aan de overkant, dat moest je maar eens kopen. En zo geschiedde.
Aletta ging tekenen, er werd verbouwd en in 2014 kon ze verhuizen….naar de hemel op aarde: Noord 1! Er kwam een bootje en een auto en een ander leven met rust en ruimte.
Na het overlijden van haar moeder ging ze er definitief wonen.
Het huis werd verbouwd door aannemer Bart Poelsema die er als kind woonde. Zijn vader bouwde het huis en de schuur. In de schuur, met grup, stonden vroeger de koeien. Na de oplevering kwam Bart nog eens aan en vertelde over het bestaan in zijn jeugd. Christien genoot van zijn verhalen: zo anders dan stadse verhalen.
Over haar nieuwe leven in Kalenberg vertelt Christien dat de eerste jaren vooral een kwestie waren van aftasten ” Hoe gedraag je je in zo’n kleine gemeenschap, is bv de zondagsrust belangrijk”? Geen lawaai maken maar wel de was buiten ophangen of dat ook liever niet? Zondagswerk is niet sterk leerde ze. Zo’n zin hoor je in de stad niet.
Het kwam allemaal goed, de buren waren en zijn aardig en gezellig. Ze vindt het leuk om te koken en samen te eten. Eenvoudig en lekkere maaltijden. Heel veel dorpsgenoten kent ze niet. Voornamelijk de mensen die op Noord wonen.
In de tuin werkt ze graag. Voor de zware klussen en advies komt iemand 2 uur in de week helpen. En verder houdt ze van lezen en is ze lid van een boekenclub in Paasloo. Eens in de 6 weken komen ze samen om een boek te bespreken. Met thee, taart, wijn en happen.
Soms mist ze de VARA matinee: de zaterdagmiddag muziek in het Concertgebouw waar ze zeker 25 jaar bij was. De serie is betaalbaar want ooit bedoeld “ter verheffing van de arbeider”. Ook te horen op radio 4. Maar dat is toch anders vindt ze.
Na 10 jaar wil Christien nooit meer weg uit Kalenberg. Toch vraagt ze zich af of dat kan. “De thuiszorg wil hier s avonds niet komen, dat donkere fietspad is eng” zegt ze begripvol. En met de boot naar de overkant komen met harde wind vindt ze zelf eng. Hoewel die angst met de nieuw aangeschafte motor minder is geworden.
Ze herinnert zich haar 1e vaartocht door de gracht. Zeker 30 jaar geleden. Felle regen en harde wind. Vreemd om te bedenken dat ze toen dacht dat ze er nooit zou willen wonen want” alleen maar rijke mensen met vakantiehuizen”
Dat bleek heel erg mee te vallen….
Aan het einde van ons gesprek deelt Christien nog een wijsheid met me: “Het eerste deel van je leven kijk je naar de voorkant, en het tweede deel naar de achterkant. Dan zie je hoe de draden lopen.”
Deze neem ik weer mee..
Christien geeft de pen door aan Kees van Rooij.
Christien, bedankt voor je verrassende en interessante verhalen!
De pen