
Als ik mijn boot langs de beschoeiing leg en op zoek ga naar Jaap Postma in Ossenzijl sta ik tussen 2 huisnummers in namelijk 14 en 16, maar ik moet op 15 zijn en die is er niet… ik wist zeker dat ik aan de goede kant van het water zat. Na wat heen en weer geloop besloot ik Jaap maar te bellen waar zijn huis nu eigenlijk staat.
Wat blijkt? Ik sta op de Oude weg en Jaap woont in het verlengde van deze straat namelijk op de Motorkade een paar 100 meter verder tjaa…
De deur staat al open als ik eraan kom. Er is een hartelijk ontvangst door echtgenote Jacqueline en Jaap. We beginnen natuurlijk meteen met koffie en lekkers!
Jaap en Jacqueline hebben een gezin van 5 kinderen en een heel groot huis. Op mijn vraag of Jaap wel uit Kalenberg weg kon was het antwoord duidelijk: er was geen keus op dat moment om in Kalenberg met een groot gezin te gaan wonen.
En het moest wel een huis in Kalenberg Noord worden want als je in Noord geboren bent ga je niet wonen in Kalenberg Zuid…en zeker niet aan de padkant, veel te lastig. Dus werd het Ossenzijl en dat bevalt nog steeds erg goed. Al hebben ze wel het idee dat nu de kinderen het huis gaan verlaten de woning erg groot is voor hun beiden.
Jaap is rietsnijder en dakdekker, meer natuurbeheerder dan rietsnijder zegt hij zelf. De rietopbrengst wordt steeds minder al was het dit jaar een redelijke opbrengst t.o.v. vorig jaar. Jaap heeft het met de paplepel ingegoten gekregen van zijn vader Boele Postma. Vanaf zijn 16e ging hij mee met zijn vader, soms mee het dak op.
Hij is op Kalenberg Noord 24 geboren en daar woont nog steeds zijn moeder, 89 jaar oud en nog steeds zelfstandig met een beetje hulp.
Jaap heeft nog op de oude school (bij de brug) 3 klassen gevolgd. Daarna ging hij naar de nieuwe school aan het pad Hoogeweg (Kalenbergerpad). Dat was erg saai want er viel weinig tot niets te beleven. In de oude school aan de gracht was er veel meer reuring. Zo hoorden de leerlingen aan het geluid van de motor wie er met welke boot in aantocht was, daar beleefde je nog wat. Na 3 jaar ‘nieuwe school’ ging hij naar de LTS in Steenwijk. Hij volgde de opleiding tot schilder, hij haalde zijn diploma maar heeft nooit iets in die richting gedaan.
Vader in het riet helpen dat beviel veel beter. Hij is dat na zijn schooltijd fulltime gaan uitoefenen tot de militaire dienst hem opriep. Zijn taken binnen de werktroepen waren o.a. kamp opbouwen, bevoorrading en als er ergens personeel nodig was werd hij uitgeleend. In het leger heeft hij weinig opgestoken vertelt Jaap, ja bierdrinken maar dat kon hij al!
Zijn bankrekening zag er, voordat hij het leger inging, ruimer uit dan toen hij het leger verliet, zijn saldo slonk wel in zijn diensttijd die hij verder als een plezierig tijd heeft ervaren.
Daarna weer werkzaam in het riet, samen met zijn pa. In die tijd heeft hij de kneepjes van het vak geleerd. Toen zijn vader stopte heeft hij het hele bedrijf overgenomen. Jaap werkt vanuit zijn schuren bij het ouderlijk huis in Kalenberg Noord.
Op dit moment werkt hij samen met collega Noël van de Linden. Een echte opvolger is nog de vraag. Sierd, zijn zoon, heeft de opleiding rietdekken gedaan maar hij staat liever in het veld dan op het dak. Hij is de opleiding fijn metaal en constructiewerk gaan volgen en werkt nu in deze branche. Hij helpt Jaap nog wel in het veld als er tijd over is.
Hoe is het in het riet?
Vroeger was rietsnijden toch leuker, een echt ambacht. Er was veel riet en het met de hand snijden zorgde voor rust in het veld. Het kammen met de hand is nu vervangen door moderne machines. Er was toen meer contact mogelijk met anderen. Als je met de Agria of Bucher een stukje had gemaaid stond je stil en haalde zelf het riet uit de opvangbak. In 1980 kwam de zelfbinder en deze werd door veel rietsnijders aangeschaft.
Nu met het gebruik van de machines, dit om efficiënter te kunnen werken, is er veel meer lawaai in het veld. Het zomermaaisel wordt meestal verbrand en in de winter gebeurt dit steeds meer. Dit is omdat de opbrengt veelal niet opweegt tegen de arbeid. Had Jaap vroeger 25.000 bosjes van 46, nu is dat rond de 4000 van 46. Er wordt een vergoeding gegeven voor Natuurbeheer middels de SNL gelden. Dus van rietsnijder naar natuurbeheerder, die slag moet worden gemaakt. Voor de jonge rietsnijder is er vrijwel geen toekomst. Er zijn nog een paar fulltime jonge rietsnijders, overige opvolging is een probleem. Volgens Jaap zal Staatsbosbeheer een ander beleid moeten voeren en meer 6- jarige pacht toekennen. Dan is er vooruitzicht op werk en kan er door de jongeren geïnvesteerd worden in bijvoorbeeld machines. De percelen worden dan consistenter beheerd.
Jaap heeft rond de 20 hectare rietpercelen in de zomer en 40 hectare in de wintertijd om te beheren. Nog een aantal jaren zegt Jaap en dan houdt hij er mee op. Hij heeft zin om met Jacqueline en de camper erop uit te trekken. Reizen door andere landen, vrijheid en tijd om te fietsen.
Het wonen aan het water heeft wel veranderingen ondergaan vindt hij. Door het recreatiepark is er veel meer gemotoriseerd verkeer voor de deur. Als al die boten worden voorzien van een fluistermotor zou dat al een hele verbetering zijn. Verder valt het hem op dat er op dit moment zoveel ooievaars zijn. Als hij maait kijkt hij achterom en ziet soms wel tot 20 ooievaars boven het perceel rondcirkelen. Op zoek naar vooral slangen en andere gedierte. Als dan de jongeren volgend jaar weer terugkomen wordt het erg druk.
Na een tijdje bij de voordeur na te kletsen met Jaap en Jacqueline heb ik mijn boot weer opgezocht om een heerlijk tochtje naar Kalenberg te maken. Opnieuw was het een genoeglijke avond en ben ik toch steeds weer blij dat men even tijd voor mij wil maken, best bijzonder…
Jaap geeft de Pen graag door aan Klaas Schaap, een oud Kalenberger.